Bert Pulles

BERT PULLES

Vormgever in metaal

Water en vuur het begin

de natuur gaat zich vormen

de mens ontkiemt

en eist zijn plaats in de natuur

hij vormt de aarde

geleid door geloof, hoop en liefde

vooruitgang en tegenslag maken hem hard

toch grijpt hij steeds terug

naar de elementen van toen

om gevoelens te vertalen

in een vorm van metaal

Bert Pulles is niet alleen een vormgever in metaal, maar daarnaast kan hij zoals in bovenstaande inleiding wordt weergegeven ook zijn gevoelens dichterlijk vorm geven. Lambertus Wilhelmus Theresia (Bert) Pulles werd op 24 december 1932 als zoon van hoefsmid Jan Pulles in Elshout geboren. Vader Jan verhuisde later met zijn gezin van 6 kinderen naar Best waar hij nabij Kruisparkweg (de vroegere Zomerpad) een smederij begon, die later aan de Heilig Hartstraat werd voortgezet. Het was een uitgemaakte zaak dat Bert als oudste zoon van het gezin direct na de lagere school in het bedrijf zou komen.

In de avonduren bekwaamde hij zich verder door diverse gerichte vakopleidingen te volgen, waaronder ook de Patroonsopleiding Metaalbewerking van Smecona. In 1963 nam Bert het bedrijf van zijn vader over. Dit bedrijf leverde machines en metaalconstructies op klantenorder, siersmeedwerken, maar ook fietsen en wasmachines.

15 oktober 1959 trouwde Bert met Bets van de Berselaar. Zij kregen 3 dochters die ook allen een kunstzinnige opleiding genoten. Maar ook echtgenote Bets is creatief zeer bedreven, getuige o.m. de vele waarlijk prachtige Tiffany objecten die hun interieur sieren.

Vanuit zijn vak als smid heeft Bert zich sinds 1965 geleidelijk tot een ook landelijk bekend kunstenaar ontwikkeld. Hij deed dat vanuit zijn achter het sinds 1966 door hun bewoonde huis gelegen, zelf gebouwde werkplaats aan de Buitenweg 11. Overigens werd voor de bouw van deze werkplaats het gebruik van B2-blokken door de toen fungerende directeur van Helvoirt van Gemeentewerken vanwege de uitstraling eerst niet goed bevonden. Echter een dringend beroep op Wethouder Meylink was niet vergeefs , hij had volledig begrip voor zijn bouwplannen en intenties, en zo kon Bert als jong ondernemer aan de slag, waarvoor hij de wethouder heden ten dage nog steeds erkentelijk is!

Naast hun woonhuis verrees in 1989 zijn Galerie Lumineux , en in mei van dat jaar vond daar de eerste Expositie plaats, destijds geopend door de toenmalige directeur van de Stichting Cures P.van der Palen. Dit met de bedoeling om de Galerie ook voor andere kunstenaars open te stellen, hetgeen ook met regelmaat is gebeurd.

Inspiratiebron

De werken van Bert zijn sterk beïnvloed door zijn filosofische kijk op hemel en aarde hetgeen herkenbaar daarin terugkomt. Zijn kunstobjecten zijn vanuit een religieuze gedachte ontstaan. Als basis fungeerden religieuze thema’s met een universele waarde. Zo vertelt een aantal werken het verhaal van liefde en haat of juist de samenwerking tussen de verschillende religieuze groeperingen. Bij alle beelden zit er volgens Pulles een betekenis achter. Als belangrijkste inspiratiebron fungeerde daarbij de persoon van Franciscus van Assisi.


Franciscus’ (1182-1226) manier van leven stond symbool voor een verandering van godsdienstbeleving in de middeleeuwen. De manier waarop hij preekte sprak veel mensen aan. Liefde voor de natuur, solidariteit, bescherming naar elkaar toe, het zijn ook de thema’s waar Bert met zijn werken op een authentieke en abstracte wijze gedreven vorm heeft gegeven.

Zijn werken zijn door hem ook voorzien van Latijnse namen, voor de toeschouwer ook bedoeld als een verwijzing om daardoor zijn werk beter te kunnen doorgronden. Daarbij in aanmerking genomen de intentie om zijn kunstwerken te beschouwen als artistieke symbolen die de bakens vormen in een consumptiemaatschappij.

De kunstenaar heeft zich ook in zijn eigen geschriften over Franciscus als volgt geuit: “Gezien in het licht van Franciscus van Assisi. Alles wat door God geschapen is had Franciscus bovennatuurlijk lief, zowel visueel als spiritueel. Hij is daardoor een profeet ook voor onze tijd. De hedendaagse mens staat niet meer zo open. Hij is trots op zichzelf en zijn technische prestaties en vindt zich geheel zelfstandig door zijn wetenschappelijke kennis.

Het eerste en het belangrijkste gegeven van Franciscus is naar mijn mening het lied van de Schepping, het Zonnelied, waarin hij de aardse en hemelse tekenen bejubelt.” Uit de originele gegevens van het Zonnelied is de inspiratie geput voor zijn kunstwerken als bron van het spirituele waarin de religie verweven is. Het Zonnelied is van oorsprong ook een gebed uit de Rooms Katholieke .traditie door Francisus geschreven. Opmerkelijk is dat dit lied niet alleen de mooie aspecten van de Schepping weergeeft, maar waar ook ziekte en zelfs de dood een plaats in het leven van de Christen wordt gegeven.

Foto Ignis Natura?

Een in dit verband erg aansprekend kunstwerk van Bert is “Ignis Natura” waar vuur is uitgebeeld, en waarbij een relatie wordt gelegd met het opkomend zonlicht en daarmee met de bloemen en de planten elk jaar weer, met het wisselen van de seizoenen.

De weg van ambachtelijk vakman naar kunstenaar

In de door Bert tijdens verschillende interviews gebezigde uitspraken als ‘een mens mag blij zijn als hij kan en mag werken” en “kunst wordt door arbeid verkregen”, heeft hij zelf optimaal in praktijk gebracht. Alvorens hij zich kon gaan bezighouden met beroepsmatige bezigheden heeft hij echter eerst te kampen gehad met de persoonlijke nadelige gevolgen van de oorlogsjaren. Allereerst dat de leerlingen van de lagere school toen slechts halve dagen les kregen. Op school had hij last met lezen en schrijven, en hij voelde zich als leerling erg onzeker. Dit gevoegd bij het feit dat hij de naam Pulles niet mee had. Een neef van zijn vader Dr. (Hub) Pulles was tijdens de Tweede Wereldoorlog NSB-burgemeester van Eindhoven. Saillant detail: deze Pulles stond model voor Doctor Vlimmen in het gelijknamige boek van de schrijver Anton Roothaert, wat later ook nog is verfilmd. Vanwege dit feit werd Bert vreselijk gepest op school en heeft daar ook in zijn latere leven last van gehad. Zelfs een van zijn dochters heeft dat veel later ook nog moeten ondervinden, toen een docent van een school in Boxtel haar klassikaal op een nare wijze confronteerde met het oorlogsverleden van deze neef van haar vader.

Bert vermoedt dat deze gebeurtenissen een grote invloed op zijn schoolprestaties hebben gehad. Na de lagere school ging hij meteen ’s-avonds een vakopleiding volgen in St. Oedenrode. Hij slaagde, tekenen en ontwerpen waren zijn sterke vaardigheden, en gelukkig voor hem waren lezen en schrijven daar geen belangrijke vakken. Ook toen hij zijn bedrijf startte las en schreef hij bijna nooit meer. Hij moest alles onthouden en als er al een brief geschreven moest worden deed zijn vrouw of zwager dat voor hem. Hij raakte menige opdracht kwijt omdat hij schriftelijk en mondeling zijn kunstwerk moest toelichten. Hij vond een uitweg uit deze situatie en is bij de Stichting Alfabetisering in Eindhoven een opleiding gaan volgen. Na afloop voelde hij zich als herboren, hij was ontsnapt uit zijn beklemmende en beperkende isolement. Volgens Bert waren veel oorlogskinderen langdurig niet in staat om een eenvoudige brief te schrijven of om iets voor te lezen. Na de genoemde opleiding heeft Bert nog met groot genoegen een aantal vervolgopleidingen kunnen gaan volgen.

Als oorspronkelijk smid is hij beroepshalve ook nieuwe activiteiten gaan ontwikkelen op het gebied van onderhoud en vernieuwing van buisleidingen, machine-onderdelen, profielconstructies en plaatstaalwerk. Zijn grotere opdrachtgevers in die tijd waren Bata-IBC-Philips en Rotabest. Met name IBC in de personen van Harry, Jaantje en Anton van Heeswijk wisten hem te vinden en hebben hem veel opdrachten voor trapconstructies bezorgd. Maar ook diverse gemeentelijke overheden stonden meer en meer bij hem op de stoep. Zijn vader ontwierp en construeerde de wenteltrap in het Gemeentehuis van Best, Bert deed hetzelfde in het Gemeentehuis van Oirschot. Ook andere Gemeenten zoals Eindhoven en Veghel kwamen in beeld. Verschillende architecten wisten hem steeds vaker te vinden voor speciale opdrachten.

In zijn werk hield hij zich in zijn klantenbenadering strak aan zijn opvattingen en principes. Alles wat hij deed werd altijd en zonder uitzondering op basis van een factuur financieel afgehandeld, zonder factuur een opdracht uitvoeren was er niet bij. Naar zijn zeggen heeft deze benadering hem ook de nodige omzet gekost. Naast het runnen van zijn smederij en aanverwante activiteiten en zorg voor zijn jonge gezin

begon hij in 1965 met de kunstbeoefening. Plaatsgenoten/kunstenaars Frans Coppelmans en Pater Jacobs waren de mensen die hem in

zijn beginperiode als kunstenaar stimuleerden en actief ondersteunden bij zijn verdere ontwikkeling met name de vrije expressie. Met Frans Coppelmans heeft hij 3 jaren samen werkstukken gemaakt. Ook werden aan de Industriële Akademie (nu: Academie voor Industriële Vormgeving) bij Diana Fransen colleges in Kunstbeschouwing gevolgd, daarnaast ook de nodige tekenlessen bij verschillende docenten in de omgeving.

Zijn metalen kunstobjecten vervaardigde hij eerst in de vorm van een maquette, daarna pas op ware grootte. Als materialen werden brons, ijzer, staal, en roestvrij staal gebruikt. De vormgeving was in hoofdzaak surrealistisch met gestileerde natuurlijke vormen.

Gaandeweg werden zijn kunstzinnige activiteiten verder verbreed in de vorm van:

- Wanddecoraties

- Reliefs

- Emblemen

- Plastieken

- 3-Dimensionale objecten

- Industriële vormgeving

- Ruimtelijke vormgeving in relatie tot architectuur.


Op een gegeven moment werd de Kunst de hoofdmoot van zijn dagelijkse activiteiten. Zijn 1 e opdracht ontving hij van de R.K. Kerk in Nunspeet. Hieraan voorafgaand had hij al geleidelijk tijdens de uren, als het klantenwerk wat minder druk was zich beziggehouden met het maken van kunstobjecten. Bert kwam met zijn werk steeds meer in bredere kring in de belangstelling.


Exposities

Op vele plaatsen werd geëxposeerd. Zijn Galerie Lumineux werd geopend, die ook ruimte bood aan andere kunstenaars. In de nabije omgeving verwelkomden de Bibliotheek Best, de Lidwinakerk, de Gemeentehuizen in Best en Heeswijk, het Oude Kerkje in Middelbeers en Galerie Martinali in Boxtel zijn werken. Niet vergeten mag worden ook zijn aanwezigheid samen met andere kunstenaars bij de “Kunstpassie2000” in het Joe Mann Natuurtheater, georganiseerd onder de vlag van de Toneelstichting Ons Eygen Landt.

Daarnaast manifesteerde Bert zich op veel landelijke Kunst- en Ambachtenmarkten, vaak in gezelschap van de bekende en inmiddels overleden Oisterwijkse kunstenares (keramiste) Lies Potters. De Stadskerk Sint-Cathrien in Eindhoven organiseerde voor hem in 1999 een expositie met als titel “Vindplaatsen van God”. Deze expositie werd bezocht door Prof. Walter Goddijn, indertijd een bekende godsdienstsocioloog en publicist te Tilburg die naar aanleiding van de daar opgedane indrukken van het door hem bewonderde werk een beschouwing schreef met als titel “Kunst en Religie”.

Enkele fragmenten uit deze beschouwing van Prof. Walter Goddijn geven de intenties van Bert Pulles als kunstenaar heel goed weer. Een goede reden om deze fragmenten ook in dit artikel -deels in wat verkorte vorm- te memoreren:

“Kunst ontstaat door samenwerking van God en de kunstenaar, en hoe minder de kunstenaar erbij doet , hoe beter. Dit is geen uitspraak van mij , maar van de Franse schrijver Andrê Gide. Een kunstenaar uit Best, Bert Pulles, vormgever in metaal, exposeert momenteel in de Stadskerk Sint Cathrien in Eindhoven. Hij doet dat onder de titel “Vindplaatsen van God”.

Zijn beelden, veelal van roestvrij staal, zijn te omschrijven als uitingen van een diep religieus ervaren van de werkelijkheid. Pulles legt zelf uit wat de Franse schrijver André Gide bedoelt. Hij schrijft: “In de kunst gaat het erom, evenals in het geloof, aan zin of gedachten vorm te geven. Er zou daarom geen reden voor kerkelijke angst of onverschilligheid voor kunst behoeven te zijn. Kunst en geloof zijn principieel in een congeniale verhouding te plaatsen, waarbij het verhaal van de kunst religieuze dan wel geloofsantwoorden kan oproepen.”

“Uiteindelijk staat de kunstenaar voor de vraag ja of nee te doen. Hoe korter hij twijfelt , des te eerder, komt er een kunstwerk en dat zet de waarnemer weer aan het denken als hij ernaar kijkt. De kunstenaar gunt de kijker (of de lezer) het voorrecht van de twijfel. Het is echter de vraag of de kunstenaar niet een voorrecht wegschenkt, dat de waarnemer al heeft?

Zit de twijfel niet ingebakken in ieder waarnemingsproces? Waarneming is een informatieverwerkend systeem: de een ziet dit de ander ziet dat. Daarom behoeven kunstenaars zich ook niet zoveel zorgen te maken over de kritiek, afbrekend of lovend, van recensenten. Ieder heeft nu eenmaal vanuit zijn persoonlijke achtergrond een eigen interpretatie.”

Walter Gordijn ( Leiden 1921-Haghorst 2007) trad in 1941 in bij de Franciscanen. Hij was van 1972 tot 1985 Hoogleraar Sociologie van Kerk en Godsdienst aan de toenmalige Katholieke Hogeschool in Tilburg. Goddijn schreef jarenlang over kerkelijke ontwikkelingen, en vertegenwoordigde toen de vrijzinnige lijn in de R.K. kerk.

In 2008 stonden de deuren van de Stadskerk wederom voor Bert open. Een expositie nu met als titel “Verhalen vertaald in metaal” en met sub-thema “Kompas voor de zoekende” bleek ook weer erg succesvol.


Resumé

Bert Pulles is inmiddels 85 jaar. Hij kan terugzien op een druk en waardevol arbeidzaam leven waarbij hij zich vanuit zijn ambacht als siersmid heeft kunnen ontwikkelen tot een gewaardeerd kunstenaar, een vormgever in metaal met een duidelijke boodschap. Vele jaren heeft hij zijn werk uitgeoefend in zijn werkplaats achter zijn woonhuis aan de Buitenweg, waarbij in de loop van de tijd ook nog de naast zijn woonhuis gelegen Galerie Lumineux verrees, die ook met regelmaat toegankelijk was voor andere kunstenaars.

Inmiddels hebben leeftijd en gezondheid de kunstenaar in ruste gedwongen om afscheid te nemen van deze hem dierbare locatie waar hij vanaf 1966 met zijn gezin heeft gewoond en gewerkt. Inmiddels is er een koper gevonden voor zijn woonhuis met werkplaats en atelier. Er is en wordt ook druk gezocht naar een nieuwe bestemming voor zijn beelden, omdat daarvoor in zijn appartement aan de Oranjebloesem geen ruimte is.

Zijn schoonzoon René Schellekens is met en namens Bert op zoek naar nieuwe eigenaren. We willen dat de mensen blijven genieten van de beelden. En we willen zijn levenswerk niet ergens in een donkere ruimte laten opbergen. Gemakkelijk verloopt dit traject echter niet, de werken hoeven niet persé bij elkaar te blijven, maar het is wel belangrijk dat de boodschappen die de beelden hebben goed tot hun recht komen.

Er zijn inmiddels contacten gelegd met een aantal musea, zoals het Museum voor Religieuze Kunst in Uden, het Catharijneconvent in Utrecht. Ook met een aantal Kerkgenootschappen wordt gesproken en zijn er inmiddels al afspraken op bruikleenbasis gemaakt. Het onderbrengen in een kerk heeft het voordeel dat daar mensen komen die openstaan voor de waarden achter zijn kunstwerken. Maar het is niet zo dat de beelden alleen naar een museum of kerk mogen gaan. Ook particulieren die belangstelling hebben kunnen zich melden. Je kunt hem bereiken op 0499-372383.

De wens is dat de beelden, die Bert als zijn levenswerk beschouwt niet ergens in het donker worden weggezet en dat de mensen hiervan kunnen blijven genieten.

Bert Pulles heeft zelf al afscheid en afstand genomen van zijn beelden. Wat hem betreft mogen alle beelden die hij gemaakt heeft weg. Hij heeft in een proces gezeten waarbij hij steeds meer afstand is gaan nemen. Het was in het begin wel vervelend, maar moest toch gebeuren. Wel heeft zijn vrouw een aantal werken aangewezen die zij graag wil meenemen naar hun nieuwe woning. Deze mogen dan ook niet weg en krijgen een eigen plekje. Maar de rest mag van Bert Pulles allemaal weg.

Zijn expositie-thema bij de Kunstpassie2000 in Best was:

“Mijn verhalen kunnen doorverteld worden”

Bij zijn afscheid als actief kunstenaar, wordt dit thema door zijn collectie beelden in de toekomst nu ook verder uitgedragen.

Bert van Eert

Werkgroep Kunst als Erfgoed.

Bronnen;

-Meerdere gesprekken met Bert Pulles en enkele gezinsleden.

-Volledig inzicht verkregen in zijn persoonlijke archieven, bevattende een veelheid van

artikelen uit diverse kranten en tijdschriften, met daarnaast ook persoonlijke notities, en

foto’s.


-Items op internet

-Foto’s uit eigen bezit, en in zijn atelier vervaardigd door Cristel van Zunderd.